De melkprijzen stijgen, maar hoe lang zullen boerderijen mee blijven doen?
Noord-Duitsland: Positieve stemming onder melkproducenten, hoge melkprijzen en uitdagingen op het gebied van dierenwelzijn kenmerken de sector.

De melkprijzen stijgen, maar hoe lang zullen boerderijen mee blijven doen?
Er hangt momenteel een positieve stemming onder de melkproducenten in Noord-Duitsland. De huidige melkprijs is boven de 50 cent per liter uitgekomen, wat boeren hoop geeft. Dit is de langste periode sinds de jaren tachtig waarin voortdurend hoge melkprijzen zijn waargenomen. Er zijn echter uitdagingen die overwonnen moeten worden. Zoals Elite Magazin meldt, stagneren de investeringen in nieuwe koeienstallen in heel Duitsland. Veel bedrijven zijn gedwongen oude, afgeschreven stallen te blijven exploiteren, terwijl het voldoen aan steeds hogere normen onzekerheid schept.
Momenteel geven zo'n 200-koeienboerderijen het zelfs op en ondanks de hoge melkprijzen zien we een daling van het aantal koeien, vooral in het noorden en noordwesten van Duitsland. Hoge prijzen kunnen op de korte termijn aantrekkelijk zijn, maar ze houden ook structuren in stand die niet concurrerend zijn. Om de toekomst van de melkproductie veilig te stellen, hebben boeren voortdurend goede opbrengsten voor melk en vlees nodig. Daarnaast zijn vereenvoudigingen in het bouwrecht en minder bureaucratie en productievereisten van cruciaal belang. Potentiële opvolgers van het boerenbedrijf verlangen naar duidelijke signalen vanuit de politiek en de handel.
Dierenwelzijn en melkprijzen: een spannend samenspel
Een ander belangrijk aspect dat van invloed is op de melkprijzen zijn de toenemende eisen aan dierenwelzijnsnormen. Een huidige studie van het ife Institute for Food Economics Kiel onderzoekt de financiële impact van hogere dierenwelzijnsnormen bij de melkproductie. Volgens Milchland is er een groeiende belangstelling van de consument voor dierenwelzijn, maar lijdt de transparantie onder de veelheid aan verschillende labels.
Uit het onderzoek blijkt dat de introductie van betere dierenwelzijnsnormen voor bedrijven extra kosten met zich meebrengt. Voor het instapniveau van het dierenwelzijnslabel moeten boeren gemiddeld 2,28 cent per liter verwachten, terwijl het premiumniveau zelfs 2,64 cent extra kost. Daarnaast hebben de zuivelfabrieken te maken met meerkosten, die afhankelijk van het bedrijf tussen de 5,7 en 18,9 cent per liter kunnen liggen. Een uniform, door de overheid ondersteund dierenwelzijnslabel zou deze uitdagingen kunnen helpen overwinnen en het aantal consumenten dat bereid is te betalen vergroten.
Marktaandelen en consumptietrends
Bij het onderzoek zijn ook 159 zuivelbedrijven in Duitsland betrokken, waarvan er 64 consumptiemelk produceren. Slechts 10 tot 12 van deze bedrijven verwerken rauwe melk met hogere dierenwelzijnsnormen. Hoewel de hoeveelheden rauwe melk die aan deze hogere normen voldoen nog steeds laag zijn, vertonen ze een stijgende trend, zoals de analyse op indrukwekkende wijze laat zien. In 2019 bedroeg de productie van consumptiemelk in Duitsland 4 miljard liter, waarvan 3,3 miljard liter naar levensmiddelenretailers ging.
De totale consumptie van particuliere huishoudens vertoont echter een dalende trend, die de afgelopen jaren jaarlijks met zo’n 2 procent is gedaald. In het bijzonder was er tussen 2018 en 2019 een daling van 5,3 procent – een trend die zuivelbedrijven en boeren zou moeten aanzetten tot nadenken over hoe ze hun producten aantrekkelijker kunnen maken voor consumenten.
De toekomst van de melkproductie in Noord-Duitsland hangt daarom niet alleen af van de prijzen, maar ook van de bijbehorende normen en het vermogen om zich aan te passen aan de veranderende eisen van de markt. De komende periode zal laten zien hoe de industrie op deze uitdagingen reageert.