CAO-onderhandelingen 2025: eisen voor 1,2 miljoen werknemers stijgen!

Transparenz: Redaktionell erstellt und geprüft.
Veröffentlicht am

De collectieve onderhandelingen voor 1,1 miljoen werknemers in Bremen beginnen in september 2025. Vakbonden eisen aanzienlijk hogere lonen.

Tarifverhandlungen für 1,1 Millionen Beschäftigte in Bremen beginnen im September 2025. Gewerkschaften fordern deutlich höhere Löhne.
De collectieve onderhandelingen voor 1,1 miljoen werknemers in Bremen beginnen in september 2025. Vakbonden eisen aanzienlijk hogere lonen.

CAO-onderhandelingen 2025: eisen voor 1,2 miljoen werknemers stijgen!

De eerste stappen naar de volgende ronde van collectieve onderhandelingen voor de publieke sector staan ​​voor de deur. Vanaf september wordt onder ongeveer 1,1 miljoen werknemers van de deelstaten in Duitsland een onderzoek naar de vraag uitgevoerd. In oktober zal vakbond ver.di haar concrete eisen op tafel leggen. De collectieve onderhandelingen zelf beginnen in december met de collectieve onderhandelingsgemeenschap van de deelstaten (TdL), die bestaat uit de ministers van Financiën van de deelstaten – met uitzondering van Hessen. Hierin worden de vragen besproken rond collectieve overeenkomsten voor werknemers in de publieke sector, met de hoop op altaussee.info dat vanwege de hoge inflatie en onvervulde posities uit meer dan 300.000 evaluaties de WAAROM-eisen niet genegeerd kunnen worden.

In totaal worden ongeveer 1,2 miljoen CAO-werknemers getroffen, waaronder ruim 3 miljoen ambtenaren. De focus ligt met name op docenten, universitair docenten, verpleegkundigen, medewerkers in het gevangeniswezen, maar ook bij justitie en in kinderdagverblijven. De vakbonden hebben zichzelf hoge doelen gesteld: ze eisen een inkomensverhoging van 10,5 procent of minimaal 500 euro, evenals een extra beloning van 200 euro voor junior medewerkers. Ook wordt gesproken over een stadsdeeltoelage van 300 euro voor werknemers in Berlijn, Hamburg en Bremen. Deze eisen worden gesteld tegen de achtergrond van aanhoudend hoge inflatie en ontoereikende lonen voor staatspersoneel.

Reacties en uitdagingen

Ver.di-voorzitter Frank Werneke benadrukt dat er sprake is van een “enorme achterstand” in de overheidsdienst en dat de grens al lang overschreden is. Ulrich Silberbach, het hoofd van de Civil Service Association, eist een aanbod van de staten waarmee een consensus kan worden bereikt. Maar de reacties van de staten zijn nuchter: Andreas Dressel, de voorzitter van de TdL, vat het standpunt van de staten samen door uit te leggen dat de naar voren gebrachte eisen het vermogen van de staten om waar te maken te boven zouden gaan. De coalitie maakt duidelijk dat het verhogen van de salarissen minimaal 19 miljard euro zou kosten.

De discussie over salarisverhogingen is een puinhoop. Minister van Financiën Monika Heinold uit Sleeswijk-Holstein waarschuwt voor onevenredige stijgingen van de personeelskosten, terwijl de vakbonden al beginnen met de voorbereidingen voor mogelijke waarschuwingsstakingen. Deze turbulente situatie zorgt ervoor dat de publieke dienstverlening centraal blijft staan ​​in de maatschappelijke belangstelling.

De weg naar overeenstemming

Een collectieve overeenkomst voor de federale en lokale overheden die in april werd bereikt, biedt nog een vaag sprankje hoop: er waren belasting- en belastingvrije speciale betalingen van 3.000 euro en een basissalaris van 200 euro, plus een verhoging van 5,5 procent. Een dergelijk resultaat zou kunnen, maar hoeft niet noodzakelijkerwijs, worden overgedragen naar de komende onderhandelingen. De controversiële punten zoals een minimumbedrag voor de lagere inkomensgroepen en de stadstaattoeslag blijven onopgelost en behoeven opheldering.

Het langetermijndoel is om vóór Kerstmis een akkoord te bereiken. Dit zal echter een uitdagende taak zijn, vooral omdat de volgende onderhandelingsronde op 7 en 8 december in Potsdam gepland staat. Als de onderhandelingen echter mislukken, is arbitrage niet mogelijk omdat er geen overeenkomstige overeenkomst bestaat. Gezien de gespannen situatie bij de overheid en de lopende onderhandelingen kunnen de komende maanden als cruciaal worden beschouwd voor de toekomst van de werknemers.