Lies dringt aan op een snelle consensus over het einde van de verbrandingsmotoren in Berlijn!

Transparenz: Redaktionell erstellt und geprüft.
Veröffentlicht am

Nedersaksen roept op tot een snelle overeenkomst om verbrandingsmotoren tegen 2035 uit te faseren om de klimaatdoelstellingen te bereiken en e-mobiliteit te bevorderen.

Niedersachsen fordert schnelle Einigung zum Verbrenner-Aus bis 2035, um Klimaziele zu erreichen und E-Mobilität zu fördern.
Nedersaksen roept op tot een snelle overeenkomst om verbrandingsmotoren tegen 2035 uit te faseren om de klimaatdoelstellingen te bereiken en e-mobiliteit te bevorderen.

Lies dringt aan op een snelle consensus over het einde van de verbrandingsmotoren in Berlijn!

Momenteel woedt er in Duitsland een cruciale discussie over het uitfaseren van verbrandingsmotoren. De premier van Nedersaksen, Olaf Lies (SPD), heeft krachtig gepleit voor een snelle overeenstemming binnen de federale regering over deze kwestie. Hij eist dat er deze week een oplossing wordt gevonden, zodat deze op de volgende EU-top kan worden gepresenteerd. Lies benadrukt hoe belangrijk een verenigd Duits standpunt is in deze onderhandelingen. Hij verwijst naar de EU-wetgeving, die vanaf 2035 alleen nieuwe auto’s toestaat die geen CO2-uitstoot veroorzaken, en die momenteel alleen door elektrische auto’s kan worden geïmplementeerd, zoals stern.de meldt.

Maar hoe realistisch zijn de gestelde doelen? Lies acht het ambitieuze doel van 15 miljoen elektrische auto's in 2030 wenselijk, maar niet langer haalbaar. Hij is hierin niet de enige; De huidige dichtheid van elektrische auto’s in Duitsland bedraagt ​​minder dan 5% van de totale autopopulatie. Het aantal nieuwe registraties van elektrische voertuigen is na het aflopen van de aankoopbonus sterk gedaald en zelfs ruim gehalveerd, wat vragen oproept over de langetermijndoelen.

Houd het klimaat in de gaten

Als onderdeel van het EU-klimaatprogramma heeft Duitsland zichzelf tot doel gesteld om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 55 procent te verminderen ten opzichte van 1990, om uiteindelijk in 2045 broeikasgasneutraliteit te bereiken. Zorgen over het vermogen om deze klimaatdoelen te halen bestaan ​​vooral in de transportsector, die in 2023 ongeveer 22% van de totale uitstoot zal veroorzaken. Een belangrijk aandachtspunt hierbij is de uitstoot, die vooral voortkomt uit de verbranding van diesel en benzine. Lies waarschuwt dat een mislukking in de transportsector ook gevolgen kan hebben voor andere industrieën, zoals de chemische, staal- en glasproductie, wat bpb.de bevestigt.

De federale overheid staat hier voor een dilemma: enerzijds is er een duidelijke druk om op te treden om de klimaatdoelstellingen niet in gevaar te brengen. Aan de andere kant is er sprake van massaal politiek en economisch verzet, vooral vanuit de Unie. Dit dwingt ertoe dat de eisen worden versoepeld of uitgesteld, gezien de economische moeilijkheden waarmee veel autofabrikanten worden geconfronteerd. Het is duidelijk dat de mobiliteitstransitie niet alleen technische oplossingen vereist, maar ook een ingrijpende verandering in het gebruiksgedrag van de bevolking.

Technologische openheid of duidelijke doelstellingen?

Lies heeft technologische openheid na 2035 afgewezen, met uitzondering van range extenders en plug-in hybrides. Hij verwerpt ook een strategie voor pure e-brandstoffen en stelt in plaats daarvan een boekhoudmodel voor de CO₂-uitstoot voor. Volgens hem moeten de emissies van range extenders en hybrides worden gecompenseerd met de brandstof uit het bestaande wagenpark. Dit perspectief ondersteunt de roep om steun voor kleine, betaalbare elektrische auto’s door middel van zogenaamde superkredieten, die hun CO₂-besparingen onevenredig crediteren.

De kritische beoordeling van de transportsector als essentiële hefboom voor klimaatbeschermingsmaatregelen komt ook tot uiting in het feit dat talrijke passagiersvolumes in het openbaar vervoer tot nu toe onder het niveau van vóór de coronapandemie zijn gebleven. Gemotoriseerd individueel vervoer is nog steeds goed voor meer dan 60% van de vervoersdiensten in Duitsland, wat een uitdaging vormt die moet worden overwonnen. Er is daarom een ​​toenemende druk op fabrikanten om hun bestaande verbrandingsmotortechnologieën aan te passen en nieuwe, duurzame aandrijftechnologieën te ontwikkelen om de EU-doelstelling van 95 gram CO2 per kilometer vanaf 2025 te halen.

Het doel om de dreiging van het missen van doelen tegen te gaan met innovatieve benaderingen en een duidelijke lijn op het gebied van klimaatbescherming blijft een prioriteit. Het ministerie onder Lies ziet hierin grote potentie, vooral in de internationale concurrentie met Aziatische fabrikanten. Het zal spannend zijn om te zien of de federale overheid de noodzakelijke routekaart kan ontwikkelen om de ambitieuze klimaatdoelstellingen daadwerkelijk te verwezenlijken, of dat het tijdsbestek van de vooruitgang nodig is om op de goede koers te komen.