Delmenhorst weigert subsidie: Wehnen Memorial in crisis!
Delmenhorst weigert een subsidie van 5.000 euro voor het Wehnenmonument, dat de nazi-slachtoffers herdenkt. De discussie over de financiering blijft open.

Delmenhorst weigert subsidie: Wehnen Memorial in crisis!
In Delmenhorst zorgt de afwijzing van een financieringsaanvraag voor het Wehnenmonument voor veel onbegrip en zorg. In plaats van de beloofde 5.000 euro die oorspronkelijk voor 2024 beschikbaar was gesteld, werd de subsidie vanwege een administratieve fout niet ontvangen. Ingo Harms, lid van de herdenkingsgroep, uitte zijn ergernis over het besluit van de Financiële en Economische Commissie, die de aanvraag van de SPD en de Delmenhorster List/De Linkse raadsgroep niet goedkeurde. Harms vindt de rechtvaardiging ontoereikend en wijst erop dat het projectontwerp al is gevalideerd door de wetenschappelijke commissie van de Nedersaksen Memorials Foundation. Dit werd ook gemeld door Weser-Kurier.
Het Wehnen Memorial, dat op de plek staat van het voormalige sanatorium en verpleeghuis, herdenkt de verschrikkelijke hongermoorden die tijdens het nationaal-socialistische tijdperk op geesteszieke mensen werden gepleegd. In de periode vanaf de jaren dertig verdubbelde het aantal sterfgevallen in de kliniek bij Bad Zwischenahn, wat resulteerde in een schokkend totaal van minstens 1.500 sterfgevallen. Dit wordt al 21 jaar in het monument gedocumenteerd en is het resultaat van het toegewijde onderzoek van historicus Ingo Harms, die sinds eind jaren negentig de verbanden blootlegt. Het monument wordt momenteel op vrijwillige basis gerund, maar heeft een beperkte capaciteit en geen professionele staf, wat de situatie nog moeilijker maakt.
Moeilijke financiële situatie
De oplossing voor de ruimteproblemen zou een groter gebouwencomplex voor de Karl Jaspers Kliniek kunnen zijn. Voor de renovatie en herinrichting van de tentoonstelling is echter maar liefst 740.000 euro nodig. De Stichting Gedenktekens Nedersaksen heeft aangekondigd de helft van de kosten te zullen dekken, maar het overige geld moet door de gemeenten worden opgehaald. Een overeenkomstige aanvraag van 370.000 euro werd ingediend bij de districtsvereniging Oldenburg, die enkele hindernissen heeft opgeworpen op het gebied van verantwoordelijkheid, aangezien alle negen steden en districten het erover eens moeten zijn. Terwijl de stad Oldenburg jaarlijks 9.000 euro bijdraagt, moest Delmenhorst de beloofde 5.000 euro opnemen. Deze ontwikkeling heeft de situatie voor de herdenkingsgroep verder gecompliceerd.
Harms hekelt het huidige gebrek aan overeenstemming tussen de gemeenten en eist dat alle betrokkenen weer om tafel gaan zitten om de financiële verplichtingen helder te regelen. Ook de Onderzoekswerkgroep Euthanasie heeft de relevante actoren opgeroepen hun verantwoordelijkheid te nemen. De historische analyse van de rol van de Oldenburgse Districtsvereniging (BVO) tijdens het nazitijdperk wordt bekritiseerd als onvoldoende; Toch ziet de BVO zichzelf als verantwoordelijke, maar kan zij geen concrete besluiten nemen. De ervaringen uit deze onzekere financiële situatie laten zien hoe belangrijk een helder statement en draagvlak op lokaal niveau is om het monument te kunnen blijven exploiteren en uitbreiden.
Veranderende herinneringscultuur
De problemen in Delmenhorst weerspiegelen een groter fenomeen in de Duitse herinneringscultuur. Uit onderzoek van de ‘Multidimensional Remembrance Monitor’ (MEMO) blijkt dat veel Duitsers menen goed geïnformeerd te zijn over het nationaal-socialisme, maar grote hiaten in hun kennis hebben, bijvoorbeeld over specifieke slachtoffergroepen. 90 procent wijst vergelijkingen tussen het lijden tijdens de coronapandemie en het lijden tijdens het nazitijdperk af, wat aangeeft hoe moeilijk en complex het onderwerp nog steeds is. De omgang met het naziverleden blijft zeer relevant, vooral in tijden waarin nieuwe vormen van geschiedeniscommunicatie zich ontwikkelen, zoals digitale toegang en interactieve formats die vooral jongeren aanspreken.
De uitdagingen waarmee het Wehnen Memorial wordt geconfronteerd, illustreren hoe kostbaar en noodzakelijk de nagedachtenis aan de slachtoffers van het nazi-tijdperk is. Zonder voldoende financiering en steun zou het waardevolle werk dat hier wordt gedaan in gevaar kunnen komen. Het is tijd dat zowel gemeenschappen als de samenleving als geheel de verantwoordelijkheid nemen om dit belangrijke deel van onze geschiedenis te behouden.