De wolf in Nedersaksen: een controversieel onderwerp tussen boeren en politici!

Transparenz: Redaktionell erstellt und geprüft.
Veröffentlicht am

Het artikel belicht de terugkeer van wolven naar Vechta sinds 2014, documenteert schade aan boerderijdieren en politieke eisen voor wolvenregulering.

Der Artikel beleuchtet die Rückkehr des Wolves in Vechta seit 2014, dokumentiert Schäden an Nutztieren und politische Forderungen zur Wolfsregulierung.
Het artikel belicht de terugkeer van wolven naar Vechta sinds 2014, documenteert schade aan boerderijdieren en politieke eisen voor wolvenregulering.

De wolf in Nedersaksen: een controversieel onderwerp tussen boeren en politici!

Sinds zijn herimmigratie naar Noordwest-Duitsland is de wolf een explosief onderwerp geweest dat de hoofden van mensen heeft verhit. Wie had ooit gedacht dat de terugkeer van een dier waarvan men dacht dat het al meer dan honderd jaar uitgestorven was, zoveel controverse zou veroorzaken? Eind 2014 verscheen de wolf in de regio, wat werd gedocumenteerd op een biologische boerderij in Großenkneten. Sindsdien zijn de zaken onstuimig verder gegaan: in de districten Oldenburg, Vechta en Cloppenburg vonden talloze waarnemingen en scheuren van vee plaats. Alleen al tussen december 2014 en februari 2015 werden in het district Vechta bijna zestig boerderijdieren gedood, waaronder berichten over een ‘Goldenstedt-probleemwolf’ in de herfst van 2015.

In de jaren die volgden bleef de situatie gespannen. In 2017 werden de eerste wolvenaanvallen gemeld in Friesland en Wesermarsch, en verscheen één wolf in Ammerland, terwijl een andere in oktober 2017 illegaal werd neergeschoten. De aandacht werd zelfs gevestigd op een opgezette wolf, die in 2018 voor bewakers zorgde. Maar de wolven zaten niet stil; Van 2019 tot 2025 werd in verschillende provincies een toename van het aantal scheuren gedocumenteerd, waardoor boeren onder grote druk kwamen te staan. Dierenrechtenactivisten en de landbouw bevonden zich in een eindeloos conflict, dat niet in de laatste plaats werd aangewakkerd door het toenemende aantal bezoekers aan de wolvenwaarnemingslocaties.

De druk op politici wordt steeds groter

Tegen de achtergrond van het steeds toenemende aantal wolvenmoorden en de aanhoudende protesten van boeren, roepen verenigingen als de Duitse Boerenvereniging (DBV) en de Duitse Jachtvereniging (DJV) nu op tot een ommekeer in het wolvenbeleid van de federale overheid. Ter gelegenheid van “Wolfdag” op 30 april 2025 riepen zij de regering op om effectief wolvenbeheer in te voeren en de bestaande mogelijkheden te benutten om de wolvenpopulatie te reguleren. Bernhard Krüsken van de DBV bekritiseert de hoge wolvenpopulatiedichtheid in Duitsland, die ongeveer 3.000 dieren bedraagt, en meldt dat er jaarlijks 6.000 boerderijdieren worden gedood.

Krusken beschouwt de staat van instandhouding van de wolf als bereikt en roept op tot een officiële vaststelling die moet resulteren in een wijziging van de beschermingsstatus in de FFH-richtlijn. Ook Helmut Dammann-Tamke van de DJV steunt dit standpunt en roept op tot een degradatie van de wolf op EU-niveau en tot snel interventiebeheer bij uitbraken van vee. Een ander centraal punt van de oproep is de eis voor een onmiddellijk programma ter bescherming van grazend vee, dat veel instemming heeft gekregen van de getroffen diereigenaren.

Gebrek aan vertrouwen in maatregelen ter bescherming van de kudde

Volgens Dr. Volgens Kay Ruge van de Duitse Districtsvereniging (DLT) is het huidige management schromelijk ontoereikend. Hij ziet de afnemende acceptatie van wolven, vooral in Oost-Duitsland, en benadrukt dat het publiek beter geïnformeerd moet worden over de problemen in de landbouw met wolven. Jens Schreinecke, een diereneigenaar uit Brandenburg, beschreef ook dat ondanks de geïmplementeerde maatregelen ter bescherming van de kudde er nog steeds talrijke problemen bestaan ​​en riep op tot een actievere bescherming van de kudde.

De fronten tussen boeren, jagers en de gemeenschap lijken te zijn verhard, maar alle partijen weten dat als er niets wordt gedaan, de kloof tussen dieren- en natuurbescherming aan de ene kant en de behoeften van de landbouw aan de andere kant groter zou kunnen worden. De DBV spreekt van politiek verzet tegen regulering en roept op tot een bovengrens van ongeveer 1.000 wolven per bevolking.

Er lijkt in ieder geval een stap in de goede richting te zijn gezet: met de onlangs geïntroduceerde “SchaNa”-richtlijn, die maatregelen ter bescherming van kuddes promoot, hopen velen dat de situatie zal verbeteren. Deze regelgeving heeft echter gemengde reacties opgeleverd van boeren, die blijven zoeken naar een betrouwbaar concept om de productie en het grazen van vee veilig te stellen. Het valt nog te bezien of de verantwoordelijke politici de uitdaging aankunnen en of er een gemeenschappelijke weg kan worden ingeslagen die niet alleen rekening houdt met de wolven maar ook met de belangen van boeren.

Voor de toekomst is het duidelijk: om de acceptatie van wolven onder de bevolking te vergroten kan alleen transparant en actief beheer dat recht doet aan zowel de natuur als de landbouwbehoeften helpen. We kunnen alleen maar hopen dat er snel een dialoog zal plaatsvinden die een langverwacht begrip van de complementaire uitdagingen van natuurbehoud en landbouw bevordert, zodat alle betrokkenen een oplossing kunnen vinden.